Op deze pagina het verhaal over de historie van Noorddijk met oud kaartmateriaal.
De gegevens werden door Professor Geert Boering verzameld en door hem op de Noabersbijeenkomst van 17-11-2006 verteld.

Wat over geschiedenis van Noorddiek.

Lezing door Geert Boering op 17-11-2006

1. Plaatsnaam.
Noorddijk
Naam van de plaats, van de dijk en van de gemeente is dezelfde.
Wie woon’n op Noorddiek.
Noorddijk werd in 1851 een zelfstandige gemeente, deze strekte zich oostelijk langs de Hunze uit, van Paddepoel tot Waterhuizen.
Het gemeentehuis stond te Ruischerbrug.
Op 1 jan. 1969 werd de gemeente ingelijfd bij de gem. Groningen.
Het kostte de bewoners van het dorp Noorddijk daarna de grootste moeite het eigen karakter van het streekdorp te behouden.
 
2. Plaatsnaam in de loop der tijden.
Ledyck 1545
Lodyck 1568
Lodick 1589
Loodijck 1573
Nordyck 1277
Noordijck 1720
Noorddijk 1823
_____________
Nortich (is noordelijk gelegen dorpsgebied; ten opzichte van wat, van de Stad?)
Deze naam ben ik nergens tegen gekomen. Nordic en Noorderdiek evenmin.
3. Betekenis van de plaatsnaam
Loodijck e.d. duidt op dijk met/in/langs bos.
Wolde van Garmerwolde duidt ook op bos.
Beide plaatsen liggen dicht bij elkaar.
Noorddijk behoort bovendien tot het Wold (van het Gorecht).
Zou er heel vroeger bos zijn geweest in/bij Noorddijk?
Noorddijk
‘Dijk = opgeworpen aarden wal, die dienst doet als waterkering langs of om enig water’
(van Dale).
Waarom Noord-dijk. Vanuit de ‘polders’ bekeken zou Oostdijk logischer zijn.
Wanneer men de dijk oprijdt vanaf het Damsterdiep, rijdt men naar het Noorden en is het redelijk, te spreken van Noorddijk
4-Wat is de functie van de Noorddijk?:
4.1. Is de Noorddijk een opgeworpen
aarden wal?
4.2. Welk water moet er door deze wal
worden gekeerd?
ad. 4.1:Noorddijk ligt op het eind van een ‘heuvelrug’, die parallel aan, en oostelijk van, de Hondsrug en het Hunzedal verloopt en waarop o.a. ook Middelbert, Engelbert en Roodehaan zijn gelegen.
Dit klopt met de hoogtelijnen (c.q. punten) op de kaart.
• Noorddijkerweg = 0.0 NAP; de omgeving is -0.5, -0.8 (het gebied bij de kerk is waarschijnlijk +1.5?)
• Middelberterweg = +1.0 NAP; omgeving is -1.5, -1.9 en -2.3!
Conclusie: De Noorddijk is zeer waar-schijnlijk een natuurlijke waterkering.
Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn dat de dijk een oeverwal is van de ‘oer Hunze’ uit de IJstijd. Een oeverwal is een wal van zand en puin langs de buitenbocht van een rivier afgezet tijdens herhaalde overstromingen (zandzuigerijen bij Middelbert en Engelbert).
ad. 4.2.-Waterkering, waarvan?
De rivier de Hunze, in zijn oorspronkelijke breedte en verloop langs Oosterhogebrug, komt hiervoor in aanmerking.
In vroegere dagen kon dit een hele brede stroom zijn, vooral in de winter als er veel water van de Hondsrug kwam of als het zeewater via het Reitdiep naar binnen werd opgestuwd.
Wat pleit voor een relatie met de Hunze?
Dit is vooral het waaiervormige afwateringspatroon van de landerijen ten westen van Noorddijk, waarvan de sloten als geheel, loodrecht op de Hunze is gericht.
Het geheel is te vergelijken met het afwateringssysteem van de Drentse beekdalen.
5-Ontstaan dorp Noorddijk
Noorddijk is ontstaan in de late middeleeuwen (1050 – 1492 na Chr.).
Tussen de Hunze en de Noord-dijk bevond zich een drassig en bebost veengebied.
Vanaf de Hunze werd dit oostelijk gelegen gebied gedraineerd en ontgonnen. (Juist? Vlak langs de Hunze was het erg drassig!)
Het dorp Noorddijk ontwikkelde zich langs de voormalige “achterdijk” van de noord- en zuidpolder.
Het werd het meest noordelijke kerkdorp met dubbele streekbebouwing aan de oostzijde van de Hunze (zie ook ad.4.1).
6- Landschapselementen omgeving Noorddijk
Hunze en Hunzedal
Thesingermaar (Kardingermaar)
Damsterdiep en de Rollen
Zuidwending
Stadsweg
Dwa rsdijk
Noorddijkerweg met boerderijen en
woningen. Verder pastorie, school,
‘Quatre Bras’ en nieuwe kerkhof.
Waterbeheersingssysteem.
Afvoer en inlaat.
 
7-Hunze en Hunzedal Drentsche Diep, Selwerderdiepje.
Ontspringt aan de oosthelling van de Hondsrug. Loopt door het Zuidlaarder-meer. Daarna oorspronkelijk via De Roode Haan, Euvelgunne, Oosterhogebrug, Selwerd, Paddepoel en via de Koningslaagte naar het Reitdiep.
In hun ‘oer’-vorm zijn beiden van grote betekenis geweest voor de afzetting van de vruchtbare kleigrond van Noorddijk, zowel door het water van de Hunze zelf, als door het diep in het land binnendringende zeewater, via de Lauwerszee en het Reitdiep .
Later is deze grote bocht afgesneden en is de Hunze bij Waterhuizen verenigd met het Winschoterdiep.
Via allerlei waterwegen in de stad loopt de Hunze verder via het Reitdiep.
8-Thesingermaar
(Kardingermaar) Loopt ten N.O. van de Noorddijkerweg, parallel hieraan.
De Noordermolen aan het meest noordelijke deel, zorgde voor de waterafvoer van de polder tussen de Thesingermaar en de Noorddijkerweg.
Op oude kaarten staat ook nog een ‘Zuidermolen’ aan-gegeven, ong. halverwege de Noordermolen en het Damsterdiep. Deze molen werd vervangen door een electrisch gemaal, waarvan de resten thans nog aanwezig zijn.
Van het Noorddijker Hoogholtje over de Thesingermaar, een waar kunstwerk, aangeboden door de Fam. Hooghoudt, zijn helaas de ‘poten’ ingekort. Treurig!
De Stadsweg kruist de Maar ongeveer halverwege. Hier is een betonnen brug genaamd: Hontil. Er bestaat ook een Keesrieftil over de Kardingermaar.
Aan het zuideinde stond de Thesingermaar in verbinding met het Damsterdiep via een sluis. Hierbij stond een sluiswachterwoning.
Via deze sluis konden boten met landbouwproducten (graan, koolzaad etc.) via het Damsterdiep naar Groningen (Korenbeurs) worden vervoerd.
Op sommige kaarten staat ook ‘Overhaal’, dit kan een (overzet-) pont(je) zijn over de Thesingermaar maar ook een plaats waar men schepen dwars over een dijk kon trekken naar het Damsterdiep.
9-Het Damsterdiep en de Rollen
9.1. Damsterdiep
Oorspronkelijk een getij rivier, eb en vloed goed merkbaar. Vaak onder water lopen van de oevers.
Niet geschikt voor aanleg van een weg, deze lag verder landinwaarts =
Stadsweg.
1424 Kanalisatie Damsterdiep en
rechttrekken van de vele bochten.
Gunstig voor de waterafvoer o.a. van de zuiderpolder van Noorddijk en van de scheepvaart (Appingedam, Delfzijl en
Eems).
1650 Aanleg van een trekpad
(= jaagpad) t.b.v. de scheepvaart
(trek-) schuit.
19e eeuw Verbreding van dit pad tot
rijweg.
9.2. De Rollen
Even voorbij Ruischerbrug buigt het Damsterdiep naar links.
Op de plaats van deze knik in het diep en het jaagpad stonden aan de binnenzijde van deze bocht 1 of 2 rolpalen (Gron.: Rol’n).
De verticale draaiende rollen geleiden de jaaglijn van de scheepsjagers c.q. jaagpaarden in de juiste richting (bij ongunstige wind).
De Rollen is nu de naam van de plek waar deze palen hebben gestaan.
Er staat nog een echte rolpaal aan het Boterdiep in Zuidwolde.
10-Zuidwending
De ene helft van deze lange dijk met sloot, loopt in het verlengde van de Kardingermaar.
Grens tussen de gemeente Bedum en
Ten Boer.
Wending = veranderde ploegrichting.
Vormt duidelijk grens tussen verschillende landschapspatronen.
De andere helft van de Zuidwending loopt van de bocht in de Thesingermaar naar het Boterdiep en kruist hierbij de Beijumerweg.
De sloot langs deze met gras begroeide
dijk wordt wel Noorddijkermaar genoemd.
De dijk is nooit berijdbaar geweest.
Op deze dijk stond t.h.v. de Noorddijkerweg lange tijd een arbeiderswoning, die alle verkeer over de dijk blokkeerde. Je moest a.h.w. de achterdeur in en de voordeur weer uit, als je doorgang wilde hebben.
11-Stadsweg
Oude Middeleeuwse weg v.d. Stad naar Oostfriesland.
Oorspronkelijk niet verhard kleipad, begon in
Oosterhogebrug.
Nu ligt het begin aan de Noorddijkerweg.
Halverwege de weg naar Noorddijk stond ’t Meulenhoes’.
Op geen enkele kaart is hier vlakbij een molen te vinden. De plaats lijkt onlogisch. Wel grote tochtsloot in de buurt naar Damsterdiep; onder de Stadsweg bevindt zich een duiker.
De Stadsweg kruist de Noorddijkerweg.
Op deze plaats stond een café: ‘Quatre Bras’. Het was geen echte ‘deurrit’. De paarden en wagens gingen niet naar binnen. De paarden werden buiten aan ijzeren ringen op de noordmuur vastgebonden. Er waren 5 logeerbedsteden en een rode kast met drankflessen in de Z.W.-hoek van de gelagkamer.
De Stadsweg loopt via Ten Boer naar Winneweer aan de noordkant van het Damsterdiep.
Daarna aan de zuidkant via Appingedam-Delfzijl naar het vroegere Oterdum ten westen van Termunterzijl.
Daar kon men met een veerboot naar de overkant naar het Duitse plaatsje Knocke.
Na het verbeteren van het Damsterdiep en na aanleg van een weg langs dit diep, raakte de oude Stadsweg in onbruik.
12-Dwarsdijk(-je).
Dijkje tot waterkering.
Liep dwars door de Noorddijkerpolder vanaf het Damsterdiep naar het noorden.
Kruist de Stadsweg.
Nu: fietspad van Lewenborg naar Beijum.
Is meer een waterscheiding dan een “dijk” (hoogte = -0.3 NAP).
13-Conclusie
De waardering

voor monument

en landschapselement

neemt aanzienlijk toe

naarmate men de historie

en achtergronden beter kent.

G. Boering.
Een weide blik

Verruimt de geest

G. Boering

Klik op onderstaande foto voor slideshow van foto’s uit Groninger archief